Azoren – Engeland (16-28 juni)

  • Bericht auteur:

Vele jaren geleden beluisterde ik met vriend Peter in de Oosterpoort in Groningen een uitvoering van het werk “Lemniscaat” van de Nederlandse componist Simeon ten Holt. Volgens de beschrijving een werk met een duidelijk begin maar niet vastgelegd einde, d.w.z. de 4 pianisten bepalen zelf in welke volgorde en hoe vaak ze de onderdelen van het werk spelen en herhalen totdat ze besluiten dat ze het einde inzetten. Het was een lange uitvoering, zo lang dat Peter ondertussen nog even naar huis fietste voor een dichtbundeltje en een fles whisky. Er waren momenten dat het me ging tegenstaan, er waren momenten dat ik er helemaal genoeg van had, maar toen het slotapplaus had geklonken en we naar buiten liepen dacht ik “ik zou nog wel een uurtje langer willen luisteren…”.

Deze herinnering kwam naar boven toen ik gisteravond rond half 10 (wachtschema!) in bed ging liggen en de tocht van de afgelopen 12 dagen nog een keer overdacht. Het begin was duidelijk en daarna volgden dagen met een ruw ritme van “ontbijt – lunch – diner, tussendoor lezen en klusjes, en wachtschema”. Reagerend op wat weer & wind ons voorschotelden.

Vertrek

Anderhalve dag voor het vertrek arriveerde opstapper Milan, na een flinke vertraging om half 1 ’s nachts op de kleine luchthaven van Ponta Delgada. De dag daarna gebruikten we om elkaar te leren kennen en om Milan de boot te leren kennen en om het reisplan door te nemen. De dag van vertrek drinken we een laatste koffie resp. ice tea met Queijada de feijão in het café bij de haven, doen de laatste boodschappen en checken uit bij het havenkantoor, de Guarda Nacional Republicana Portugal en de immigratiedienst: formulieren, stempels, vorsende blikken en een vriendelijke afscheidsgroet. Om 1300 uur gooien we de touwen los, gooien de dieseltank en 4 reservetanks vol en om 1430 uur varen we de haven uit.

Het is prachtig weer met een licht windje. Die middag varen wij oostwaarts langs de prachtige kust van São Miguel. Het gaat niet heel hard maar zeker gestaag. Het moment van het einde is voorlopig onzeker, dus we varen rustig door. Onder de kust drijven enorme scholen Portugese Oorlogschepen, het samenwerkingsproject van een viertal poliepen dat wij gemakshalve “kwallen” noemen. In de avond en nacht is het licht van het eiland nog lang te zien en voorziet die ene telefoonmast op de oostkaap ons nog lang van 4G. ’s Ochtends zijn we alleen op het water.

Windrichting

De richting van de wind bepaalt de route die we kunnen varen naar Engeland. Het kaartje hiernaast toont de “track” die we gemaakt hebben. In de eerste periode is de wind noordwestelijk en kunnen we een goede koers richting Engeland varen. Later draait de wind naar het noorden en zelfs richting noordoost. Dan moeten we bijdraaien en varen we richting het noorden van Spanje. Als alles tegen zou zitten zou La Coruña aanvaren een “Plan B” zijn dus prompt komt over de satelliettelefoon de vraag of we “toch naar La Coruña” gaan.

Tegen de tijd dat we voor de Spaanse kust komen draait de wind echter weer door het noorden en zal uiteindelijk helemaal doordraaien naar het westen en de laatste dag zelfs naar het zuiden. We kunnen bijsturen maar om niet te dicht langs de relatief ondiepe kust voor Brest en de TSS (traffic separation scheme) aldaar te varen besluiten we om richting Land’s End te koersen. Onder de Engelse kust draaien we bij richting Weymouth.

Windkracht

De windkracht bepaalt voor een groot deel het comfort aan boord. Hoe harder de wind, hoe meer de boot overhelt. En hoe harder de wind, hoe hoger de golven waar de boot tegenop, langs en door moet varen. Om regelmatig aan de andere kant van een golf met een harde knal weer op het water te vallen. En de golven van opzij die de boot extra doen hellen of een schuiver geven waardoor je als je je niet goed vasthoudt, gelanceerd wordt en hopelijk op iets zachts landt. Soms gaat het even tegenstaan. En soms heb ik er helemaal genoeg van.

Als in de tweede dag en avond de wind al behoorlijk is aangetrokken zijn Milan en ik beide bezig met “inslingeren” wat er toe leidt dat onze magen zich voornamelijk richten op het ontwijken van een hongergevoel. We eten niet veel. Op het moment dat ik het zakje courgettes, die wel heel erg snel aan het rotten zijn geslagen en die uit het groentehangmatje op mijn hoofd beginnen te druipen ga weggooien in het water houdt mijn maag het ook voor gezien en springt er achteraan. Later maakt Milan een grote kop hete en zoute bouillon en nog later een prakje rijst met ui en bouillon. De volgende ochtend hebben we nergens meer last van.

Eten aan boord

We hebben geluk dat het grootste deel van de tocht “over stuurboord” wordt afgelegd. Dit betekent dat de wind van links komt en de boot naar rechts doet overhellen. Het keukentje en alle keukenkastjes zitten aan de rechterkant, dus met deze koers kan er goed gekookt worden. Dat doen we ook en we maken heerlijke lunches en diners. Toppers waren een curry en een risotto, compleet met witte wijn. De kant & klaar cannelloni waren ook zeer smakelijk.

Alleen de laatste dag varen we een stuk “over bakboord”. Dan is koken bijna niet te doen: zodra je een kastje opendoet vliegt de inhoud eruit. Zo ook als Milan het einde van zijn laatste wacht wil vieren met tortillachips met salsa. Het meeste in het kastje houdt hij tegen maar het potje salsa ontwijkt hem en landt hard op de stalen tafelpoot. Als ik opsta is de vloer weer glanzend schoon en geurt naar milde salsa. De tortillachips, die ook nog over datum blijken te zijn, knabbelen we de volgende middag op.

Oneindig

Lemniscaat is de omgevallen 8, het teken van oneindig(heid). Dat is ook het gevoel als we, nadat São Miguel in de nacht achter ons verdwenen is, om ons heen kijken. Oneindig veel water aan alle kanten. Een continu wijzigend duinland van water, afhankelijk van zon en wolken de ene keer helder blauw en de andere keer als leisteen. Met als er wat meer wind staat helder witte kammen op de de golven. Een prachtig gezicht dat ons niet verveelt.

Aankomst in Weymouth

In eerste instantie had ik gedacht om in Falmouth aan te komen. Omdat dat de eerste goede haven is waar je aan het begin van het Kanaal terecht kunt. En omdat Freddie en ik daar destijds vertrokken voor de eerste grote stap naar La Coruña. Maar omdat we na aankomst beide naar Nederland gaan en ik daarna langs de Engelse kust verder ga naar Ramsgate om van daaruit over te steken naar IJmuiden, besluiten we om een dag verder door te zeilen en naar Weymouth te gaan.

De laatste middag voor aankomst draait de wind verder richting zuidwest en gijpen we. Vanaf nu varen we dus over bakboord. Het blijft lekker doorwaaien met we met 1 rif in het zeil goede voortgang. ’s ochtends krijgen we ook nog (getijden)stroom mee en gaan we soms wel 9,5 knoop “over de grond”.

Weymouth ligt verscholen achter een landtong die Portland Bill wordt genoemd wordt. Deze landtong zorgt voor een onrustig en bij hardere wind en stroming gevaarlijk stuk water, de Portland Race. Er kan wel tot 7 knopen stroom staan. We debatteren even over de vraag of dat niet 7 ampère zou moeten zijn – ja, met twee wis- respectievelijk natuurkundigen aan boord is de humor verzekerd! We plannen een ruime bocht om dit alles en ronden de Bill op 4 mijl afstand. Daarna is het nog een uurtje noord naar de haven.

Milan stuurt met zekere hand de boot naar Weymouth en de haven in. We meren af aan de wachtsteiger voor de brug en als die om 6 uur opengaat kunnen we naar onze box in de marina. Opeens zijn we er en is de tocht afgelopen! Maar ik zou best nog wel een dagje door willen zeilen…

’s Avonds vieren we het met een heerlijke biefstuk en cider/bier en vallen daarna om half 10 beide in een diepe slaap.

Bedankt, Milan, voor het meevaren!

Epiloog

Vanochtend was ik in de wasserette bij de haven om de vuile was van de afgelopen 2 weken nog even te wassen. Een Engelsman stapt ook binnen en vraagt “Where are you from?” “Holland”, antwoord ik, “but we sailed here from the Azores”. “Ah, a proper sailor…” is zijn reactie. Yes!!

Dit bericht heeft 5 reacties

  1. Jouke Koelewijn

    Wat een fantastisch verhaal, Ronald en Milan, respect voor wat jullie hebben gedaan. Ik voel tijdens het lezen van jullie verslag een stukje gezonde jaloersheid dat ik daar niet deelgenoot van heb kunnen zijn, maar direct ook opluchting dat ik die 12 dagen schommelen zeker niet heb gemist😉. Fijn dat jullie weer veilig in Engeland zijn aangekomen, vaste land weer onder de voeten hebt en de wetenschap dat jullie dit toch maar weer even hebben gefixt. Respect mannen tot snel groet Jouke.

  2. Hanny Kleef - Mulder

    Nog een klein stukje en je bent weer terug in Nederland. Wat heb ik genoten van je reisverslagen Ronald. Heel veel respect voor jullie. Tante Hanny

    1. Ronald

      Dank je wel!

  3. Ellen

    Wat een bijzondere beleving en wat neem je ons mooi hierin Ronald, waarvoor dank! En je ziet er heel goed uit! Tot in Schotland.

    1. Ronald

      Ja leuk, tot dan!

Reacties zijn gesloten.