Elke dag komen hier in Horta een aantal nieuwe boten aan. De meeste komen van ver weg uit het Caribisch gebied of vanuit de oostkust van de Verenigde Staten. En de meesten zijn 15 tot 25 dagen onderweg geweest. Het prioriteitenlijstje van deze stinkerds ziet er ongeveer als volgt uit:
- Douchen
- Biefstuk & biertje bij Peters’ (eventueel nog voor nr. 1)
- Bijslapen
- Alle kleren wassen
Nu staan in de meeste marina’s wel wasmachines en drogers klaar voor de zeilers. Hier in Horta staan er een stuk of 4 wasmachines en 2 grote drogers. De procedure is dat je bij de dames die het douche- en wasgebouw bewaken moet betalen en dat zij dan samen met jou de was in de machine doen, vragen hoe heet het moet en dan zeggen dat je over een uur, of anderhalf of soms twee terug moet komen.
Maar de stapels was met al die nieuwe boten zijn zo groot dat ze er bijna niet doorheen komen. En dus lopen er de hele dag mensen in en uit met wastassen vol en staan overal volle wastassen bij de machines. Je ziet door de bomen het bos niet meer. En de mevrouw die het moet doen al helemaal niet meer. Ze zegt “Je suis très fatigué” of “very tired” of iets Portugees. Ik heb met haar te doen.
“Waai doont zee hef a sistum?” vraagt een mevrouw zich af die naar eigen zeggen al 4 dagen een wasje probeert te (laten) doen. Ik ben bang dat je voor systems in Nederland, Duitsland of Scandinavië moet zijn…. hier werkt een glimlach en geduld het beste. Dus ik loop een paar keer in en uit, maak een praatje, bied aan om over een uurtje of anders morgen terug te komen en mag mijn wastas in elk geval laten staan. De volgende ochtend ben ik als eerste in het washok. Ze begroet me vrolijk en roept “to the machine!”. 2 uur later is het beddegoed weer schoon en klaar voor de volgende opstapper.