De volgende dag besluiten we om ongeveer langs de oostkust naar beneden te rijden. We proberen een aantal uitkijkpunten te vinden waar we – ok dan – de vulkaan Cumbre Vieja zouden kunnen zien. We zijn toch geïntrigeerd maar we willen niet, zoals sommige verhalen die we horen, als ramptoeristen onze huurauto’s in tuintjes parkeren om maar een glimp op te vangen. Van een afstandje misschien. Maar het is heel bewolkt en we vinden geen goede plek. Na twee pogingen laten we het erbij en rijden we naar de vuurtoren op het meest zuidelijke puntje van La Palma.
Daar aangekomen zien we met eigen ogen hoe dit eiland gevormd is uit vele vulkaanuitbarstingen. De Cumbre Vieja is een relatief jonge groep van vulkanen en niet één vulkaan. De zuidelijke punt van La Palma is gevormd in twee uitbarstingen, die van de Volcán de San Antonio in 1677 en de Teneguía in 1971. Hierbij is er een heel stuk land aan de zuidkant bijgekomen. Het lavagebied van 1677 is hier en daar begroeid met kleine struiken, de lava van 1971 die daar deels overheen gegaan is, is zwart en kaal. We vinden het erg indrukwekkend om te zien
