
Na een tijdje overleggen en weerapps bekijken gaan we dus een halve dag eerder weg uit Madeira. We slaan de Islas Desertas en de Selvagems over. Er blijkt namelijk toch minder wind te komen dan verwacht. Halverwege onze overtocht naar Tenerife valt de wind inderdaad bijna helemaal weg. Om 3 uur ’s nachts zetten we de motor aan. Niet op volle toeren, gewoon rustig doorkachelen zodat we wel ook nog kunnen slapen. De volgende ochtend is er nog steeds niks. De hele Atlantische oceaan is spiegelglad. Omdat de walvissen en dolfijnen ons blijkbaar altijd overslaan is er niks te zien in elke richting. Alleen af en toe een zeeschildpad in de verte. Zonder wind is er ook geen verkoeling van de hete zon. Rond de middag is er helemaal geen wind meer en we zijn het geklapper van de zeilen al snel zat. We zitten een tijdje op de rand van de boot te kijken naar het blauwe water (een heel verschil met de kleur van de Noordzee).
Dan komt R met een geweldig idee: we halen de zeilen eraf, zetten de motor uit en nemen een duik! We liggen al snel stil, of nou ja, we blijven toch iets van snelheid houden. Zwemmend houd je het niet bij, dus we slepen een touw achter de boot aan. Het water is helder en verkoelend. Met de zout-water-shampoo, die ooit met dit idee in gedachten was aangeschaft, is dit wel de meest luxe douche die ik ooit gehad heb.
Wat een bijzondere ervaring moet dat geweest zijn om op die enorme waterplas overboord te stappen om even te liggen dobberen!
Goed idee dat touw …
Oe, dat lijkt mij nou doodeng, midden op zee overboord om te zwemmen…ik hoop dat jullie er wel van genoten hebben.